Gastblogger Joep Wijsbek heeft naar aanleiding van de recente Socrateslezing van Hedy d’Ancona een nieuwe blog geschreven. Het gaat over ouderen en over een perspectief op de toekomst.
Hedy d’Ancoda (1937) Belangrijk feministe en vooraanstaand PvdA-politica. Ze afgestudeerd in de sociale geografie en de sociologie. Ze was van 1981-1982 Staatssecretaris Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van 1989-1994 Minister Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. Hiernaast heeft ze ruim 10 jaar voor de PvdA in het Europees Parlement gezeten.Op 28 mei jongstleden hield Hedy d’Ancona de Socrateslezing 2017, onder de titel: Er is een land waar ouderen willen wonen (een variatie op het feministische strijdlied: Er is een land waar vrouwen willen wonen).
Het thema van haar lezing was: ouderdom en de ‘zachte uitsluiting’ die ouderen ten deel valt. d’Ancona vraagt zich af: hoe kun je deelnemen aan de samenleving, als niemand je (meer) ziet staan? Hoe kun je jezelf zijn als de beeldvorming over de ouderen enerzijds bestaat uit aftakeling, nutteloos achter de geraniums zitten en anderzijds uit de overwaardering voor vitaliteit en jeugdige uitstraling? Het is in haar optiek deze beeldvorming, die de ontwikkeling en ontplooiing, dus de emancipatie van ouderen barricadeert.
De 79-jarige feministe en oud-politica brak met de Socrateslezing in het Amsterdamse debatcentrum De Rode Hoed een lans voor een nieuwe visie op de laatste levensfase: meer ruimte voor menselijke waardigheid en de behoefte om mee te blijven doen.
Ze hekelt het begrip participatiesamenleving, waar volgens haar ‘ontzettend slecht over na is gedacht’. “De overheid lanceerde van de ene op de andere dag zo’n term zonder te weten wat ze er precies mee wil. Het is helemaal niet goed dat mensen tot in de negentig in hun eigen huis wonen. Ze vereenzamen, en de woningmarkt raakt verstopt.”
Juist vanwege de vergrijzing moet de overheid het roer omgooien, stelt d’Ancona. Het CBS voorspelt een groei naar 4,8 miljoen 65-plussers in 2040, en door de stijgende levensverwachting groeit de groep 75-plussers nog sneller. Dat we in de toekomst steeds ouder worden, is ‘mooi en prima’, vindt d’Ancona, maar dan wel op een geëmancipeerde manier. Daar hoort bij dat ouderen zich kunnen ontplooien en zelf over hun leven kunnen beschikken.
Ze vergelijkt het met de tweede feministische golf, die in de jaren zestig mede door haar werd aangezwengeld. “Zoals vrouwen toen de beschikking kregen over het beginnende leven, moeten ouderen kunnen beschikken over het eindige leven. En dan bedoel ik helemáál niet dat je mensen zomaar een pil in de mond duwt”, zegt ze fel. “Alles in het wetsvoorstel van Pia Dijkstra getuigt van een grotere zorgvuldigheid dan de huidige euthanasiewet. Niemand wordt verplicht om het te doen.”
De overheid moet veel meer experimenteren en op een andere manier naar ouderen gaan kijken.Behalve in zelfbeschikking moet de overheid meer investeren in de zelfontplooiing van ouderen, vindt d’Ancona. Zelf geeft de oud-politica het goede voorbeeld: ondanks haar 79 jaar is ze nog zeer maatschappelijk betrokken. “Ouderen worden vaak neergezet als beklagenswaardige eenzamen, terwijl ze nog voor veel dingen in zijn, zoals kunstprojecten of nieuwe woonvormen. De overheid moet veel meer experimenteren en op een andere manier naar ouderen gaan kijken. Anders zijn ze een dief van hun eigen portemonnee.”Wat de ontplooiing betreft, moeten we af van de gedachte dat er zoiets als karakteristieke ouderenontplooiing bestaat. Dat tevredenheid en zelfs geluk kan worden ontleend aan een middag Bingo in de week, zoals ons op de televisie werd vertoond toen Ede was uitgeroepen tot de gelukzaligste gemeente in Nederland, is geen leugen. Het is de eigenaardige selectie van de redactie van het Journaal; de bevestiging van het stereotype beeld dat de eenzame oudjes gelukkig worden als je ze maar bij elkaar zet.
Maar er zijn heel veel ouderen die de lat voor zichzelf hoog blijven leggen, die nieuwsgierig blijven, die achteruit- maar ook vooruitkijken, die ambitieus zijn, willen kennismaken met het nog onbekende. Vier jaar geleden verscheen ‘Kunstbeoefening met Ambitie’, een onderzoek o.l.v. Professor Hortulanus onder ouderen die zich met kunst bezighielden; hun artistieke talenten bleven of gingen ontwikkelen. Het liet zien dat zij zich daardoor gezonder, prettiger en vitaler voelden. Het was de start van het programma Ouderen en Kunst, waarbij projecten die op een professionele – artistieke manier – ouderen in aanraking brengen met kunst (ballet of muziek, toneel of beeldende kunst, fotografie, computer programmering, straattheater, verhalen vertellen en nog veel meer) georganiseerd werden.
Door de jaren heen heb ik daarbij nog een andere ontdekking gedaan, aldus d’Ancona. De wens tot zelfontplooiing van ouderen is namelijk geen andere dan die van jongeren.Mensen kunnen zich blijven ontwikkelen, misschien juist wel als de kwetsbaarheid van het leven zich opdringt.Die overtuiging heb ik opgedaan door te kijken en te luisteren naar mijn generatiegenoten die nooit eerder in hun leven – door tijd of geldgebrek – in de gelegenheid waren om een muziekinstrument te bespelen of ballet te dansen. Maar nu ze het eenmaal deden, gebeurde het met dezelfde passie die je bij talentvolle jongeren ziet.
Ambitie en passie gaan kennelijk niet met pensioen. Mensen kunnen zich blijven ontwikkelen, misschien juist wel als de kwetsbaarheid van het leven zich opdringt. Volgens Hanne Laceulle is goed ouder worden een proces van ‘Steeds meer worden wie je bent’. En het bezig zijn met kunst is daartoe een belangrijk instrument.
De Socrateslezing is hier terug te lezen.
Over de auteur
Joep Wijsbek (67) heeft veel affiniteit met thema’s als levenskunst en zingeving. Hij leest en schrijft er graag over. Als filosoof en psycholoog heeft Joep – zowel in het bedrijfsleven als in zijn filosofische praktijk Medina – jarenlange ervaring en kennis opgebouwd rond deze thema’s. Hij heeft er zelfs boeken over geschreven zoals Leef! Zingeving, zelfreflectie & levenskunst en Levenskunst à la carte. In zijn gastblogs deelt hij als expert en als ervaringsdeskundige zijn visie op de levensfase na het pensioen en het ouder worden in onze samenleving.